Mechanische sleepladen.

Het orgel bleek voor de restauratie tamelijk gaaf bewaard gebleven; bij de restauratie zijn alleen wat wijzigingen van de fa. Vermeulen in de windvoorziening ongedaan gemaakt. Aan het Hoofdwerk is een barkermachine gekoppeld; het Bovenwerk is in een zwelkas geplaatst.

In 1891 was het in een voorlopige opstelling gebouwd vanwege de nog niet afgeronde bouw van de toren; tijdelijke oplossingen blijken echter een lang leven te kunnen hebben.